Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Porcelein

betekenis & definitie

o. (mv. -en in de bet. van soorten van porselein),

1. fijn, wit, half doorschijnend aardewerk met ongekleurd, sterk glimmend glazuur, gebakken van een bijzondere soort van klei (porseleinaarde) met zekere bijmengsels: Chinees, Japans, Saksisch porselein; hard, zacht, fijn, grof porselein ; blauw porselein, met blauwe figuren beschilderd ; —onverglaasd porselein, biscuit;
2. (coll.) voorwerpen, inz. vaatwerk van de onder 2. genoemde stof: een collectie Chinees porselein; van porselein eten, van porseleinen borden en schotels.

< >