m. (-s),
1. (België) ministerieel ambtenaar door de koning voor de dienst der rechtsbedeling aangesteld, doch niet door de staat bezoldigd: wat in België pleitbezorger heet, was in Nederland vóór 1879 een procureur:
2. (thans in N.-Ned. in de eig. rechtst. weinig gebezigd, meestal alleen fig.) iem. die iets verdedigt, iets voorstaat: pleitbezorger voor iets zijn, ergens een goed woordje voor doen.