Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Oscilleren

betekenis & definitie

(oscilleerde, heeft geoscilleerd), (<Fr.), slingeren, schommelen, zich bewegen om een vast punt; ook met betr. tot een voortdurend toe- en weer afnemen van de intensiteit van een verschijnsel; — (stoomw.) oscillerende machine, waarbij de cylinder om tappen kan schommelen, om de zuigerstang de beweging van de krukpen te laten volgen.