(stuwde op, heeft en is opgestuwd),
1. (overg.) door een van onderen werkende kracht opwaarts drijven: elk lichaam dat in een vloeistof wordt gedompeld wordt opgestuwd;
2. (overg.) door een waterkering tegenhouden, opstoppen;
3. (onoverg.) tegengehouden worden, vastlopen;
4. (overg.) voortstuwen;
5. (overg.) als lading opstapelen: zakken piramidaal opstuwen