Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Netwerk

betekenis & definitie

o.,

1. werk dat gevlochten is als of gelijkenis vertoont met een net: een netwerk van twijgen;
2. (meetk.) vlakke figuur die ontstaat door alle zijvlakken van een veelvlak in hun ware gedaante in één plat vlak te tekenen: het netwerk van een regelmatige vierzijdige pyramide.