(<Fr.),
I. bn., wat op het krijgswezen betrekking heeft, daartoe behoort: civiele en militaire autoriteiten; een militaire opleiding; de militaire dienst, krijgsdienst; militaire academie, kweekschool voor officieren; militaire muziek; militair vertoon; — een militaire houding; zoals past bij of gewoon is voor een krijgsman; ー de Militaire Willemsorde, tot beloning van moed, beleid en trouw der militairen; — militair tehuis, zaal of gebouw in een garnizoensplaats waar de militairen hun vrije tijd kunnen doorbrengen; — het Militair Gezag, wettelijk gezag over de civiele maatschappij in handen van militairen, bekend als tijdelijk hoogste gezag in Nederland na de bevrijding in 1945;
II. zn. m. (-en), iem. die zich in militaire dienst bevindt.
