Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Metten

betekenis & definitie

v. mv., (R.-K.) (Lat. matutina [hord], vroeg uur) eerste gedeelte van het dagelijks breviergebed, in drie nocturnen verdeeld, en hoofdzakelijk bestaande uit psalmen en lessen; — de donkere metten , gezongen gedurende de drie laatste dagen der Goede Week, waarbij 13 kaarsen branden, waarvan er 12 achtereenvolgens worden gedoofd ; — (fig.) iem. de metten lezen, hem berispen, scherp doorhalen; — (fig.) korte metten maken, (ook) korte wetten maken, weinig omslag met iets maken;— de Brugse metten, volksopstand tegen het Franse bewind te Brugge op 18 Mei 1302.