o. (-ken),
1. werkstuk waardoor iem. zich als meester in zijn vak doet kennen: reeds zijn eerste werk was een waar meesterstuk; — (hist.) gildeproef.
2. voornaamste werk van een kunstenaar of een geleerde: dat werk wordt algemeen als zijn meesterstuk beschouwd.
3. kunstwerk van hoge waarde: de grote Italiaanse meesterstukken; — iets voortreffelijks (van enigerlei werk of arbeid).
4. daad die van grote behendigheid getuigt (dikwijls schertsend).