I. m. (-s), (veroud.) jeneverboom;
II. v.,
1. (gew.) aalbes, inz. zwarte aalbes;
2. alcoholische drank, bedeeld met de vluchtige oliën van jeneverbessen, die er het aroma van uitmaken: jenever stoken; Schiedamse jenever; grog van jenever ; klare jenever; rode jenever, van aalbessen; — bij uitbr.: sterkedrank: — hij is in de jenever, hij is dronken.