Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Harten

betekenis & definitie

o. mv., benaming van een der vier kleuren in het kaartspel, voorgesteld door roodgekleurde hartvormige figuren: harten troef maken; een solo in de harten ; het aas van harten; — in samenst. ter aanduiding van de verschillende kaarten van die kleur : hartenaas, hartentwee, hartendrie enz. tot hartentien; hartenboer, hartenvrouw, hartenheer; — een hartenblad (of -blaadje), een kaarteblad van harten; — een hartenkaart in de hand hebben, een spel waarvan de kracht in de harten ligt.