Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Evenwijdig

betekenis & definitie

bn. bw.,

1. (meetk., van lijnen in een vlak en van vlakken onderling) overal even ver van elkander gelegen, zodat zij elkaar, hoe ver ook verlengd, nooit kunnen ontmoeten; — bw., evenwijdig lopen, zo verlopen als hiervoor is aangegeven.
2. (fig.) in geheel gelijke richting lopend.