Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Drama

betekenis & definitie

(<Gr.), o. (-’s),

1. (eig. handeling); in ’t alg.: toneelspel, toneelstuk : de historische drama’s van Shakespeare; een middelnederlands drama; — dramatis personae, de personages in een toneelstuk; ook fig.: handelende personen;
2. treurspel, in ’t bijz. in toepassing op de oude klassieke treurspelen ; — vand. fig. voor een reeks aangrijpende gebeurtenissen: het drama van de Wereldoorlog; het drama der jodenvervolging; — in scherts ook in toepass. op voorvallen uit het dagelijks leven : lach niet, *t is een drama;
3. (collect.) de gezamenlijke toneelstukken van een periode of een land: het Franse klassieke drama; het moderne drama; geschiedenis van het middelnederl. drama.