Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Bovenop

betekenis & definitie

bw.,

1. op de bovenzijde, het boveneinde van iets : ik ga bovenop zitten, op de imperiaal van een tram b.v. (vgl. hij zat boven op de tram) ;
2. (fig.) hij komt er weer bovenop, zijn zaken komen weer in orde; (ook) hij komt in goede doen; (ook) hij herstelt uit een zware ziekte;
3. (gemeenz.) onmiddellijk volgende op : wij zagen de bliksem en vlak er bovenop hoorden wij de slag; en toen zei hij er pal bovenop enz.