o. (...togen), bewijsvoering; redenering om iets te bewijzen, waarbij in het midden blijft of inderdaad het bewijs geleverd is: zijn betoog was scherpzinnig, maar niet afdoende; de droogheid van een betoog; een betoog leveren, houden ; — dat behoeft geen betoog, dat is zonneklaar, dat spreekt van zelf; — ten betoge dat, om aannemelijk te maken.
Uitgelicht
Wekelijks trending en actuele woorden ontvangen in je mailbox? Schrijf je net als 1.651 anderen in!