(wikkelde af, heeft afgewikkeld),
1. eig.: draad van een klos, ook : een klos af wikkelen, afwinden ; het papier van een pakje afwikkelen ;
2. fig. : een kwestie af wikkelen, geheel behandelen, tot een goed einde brengen; — een boedel, een nalatenschap, een faillissement af wikkelen, beredderen, regelen, ieder zijn aandeel toewijzen.