Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Adel

betekenis & definitie

m.,

1. hoedanigheid van tot de bevoorrechte, in historische zin eerste maatschappelijke stand te behoren : hij is van adel; hoge, lage adel; — zijn adel bewijzen, tonen dat men tot de adelstand behoort; — Hoge Raad van Adel, raad, college van toezicht, voor de belangen van de adel (Nederl. staatsinstelling);
2. de stand der edelen; de gezamenlijke edelen; — de Nederlandse adel, al de edelen in Nederland; — hier woont geen adel, geen adellijke personen;
3. (fig.) edelheid, verhevenheid, voortreffelijkheid: de adel van zijn ziel, van zijn gemoed;
4. (huisdierteelt) som van goede eigenschappen, inz. met betr. tot het fokken.


Alsjeblieft!
Dit artikel kreeg je van Ensie cadeau. Wil je ook bijdragen aan toegankelijke kennis?Word vriend van Ensie en ontvang een gratis encyclopedie!