Woorden en uitdrukkingen verklaard

Dr. C.H. PH. Meijer (1919)

Gepubliceerd op 03-12-2020

Kermis

betekenis & definitie

mnl. kerckmiss(e), keer misse e. a. vormen ook zonder slot-e; mhd. kirchmesse, kirmesse, ofri. tzerkmisse, hgd. Kirchmesse, Kirmes; de h is tusschen de r en volgende medeklinker verdwenen evenals in kerspel (z. d. w.) en in de mnl. woorden kermeester en kerwiing (kerkwijding).

De bet. was eerst de mis, gehouden op den dag der kerkwijding, dan de jaarmarkt bij gelegenheid van die misviering gehouden, dan in ’t algemeen een jaarmarkt; eindelijk kreeg het ook de bet. van een geschenk ter gelegenheid daarvan gegeven, ook het geld om zelf iets te koopen: „Jan, koopme een kermis” enz., zooals het bekende rijmpje luidt; dienstboden krijgen een kermis. De oude bet. ziet men nog in de volgende spreuk: „Tis een arme kercke, daeit nimmer kermisse en is” (Meijer, Spreuken 22.)