mnl. heem-, heim-, hiemraet; ook -rader; thans college van raadslieden uit de bewoners van een polder, dat den dijkgraaf bijstaat, of een lid van dit college; vroeger algemeener: college van raadslieden uit de dorpelingen tot bijstand van den vertegenwoordiger van den landheer, in dorps- en ook dijkaangelegenheden. Heem is hier in de verouderde bet. van dorp, plattelandsgemeente, die het, naast die van woning, had.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk