Woorden en uitdrukkingen verklaard

Dr. C.H. PH. Meijer (1919)

Gepubliceerd op 03-12-2020

Aas (voedsel)

betekenis & definitie

mnl. aes. Het woord komt van den stam van eten, waarbij de s waarschijnlijk ontstaan is uit ss, voor tt, uit den praeteritumstam met suffix t.

Naast aes vond men vroeger ook een op andere wijze gevormd z.nw. aet. In ’t mnl. werd aet gebruikt met de bet. van voedsel voor menschen, aes met die van voedsel voor dieren. Uit die laatste bet. kwam de meer speciale van het voedsel, waarmede men dieren lokte, lokmiddel, lokaas, en ook overdrachtelijk voor: middel, waarmede men menschen tot iets overhaalde. Doordat het voedsel van dieren dikwijls uit doode andere dieren bestaat, kreeg het de nog ongunstiger beteekenis van dood beest, kreng, en werd dan ook scheldwoord. Tot versterking voegt men er nog een woord van ongunstige bet. bij: galgenaas (vgl. galgenbrok). Dat aas evenwel in de 17e eeuw ook nog gebruikt werd voor: voedsel van menschen, ziet men o. a. bij Vondel (2, 688) : „Kaes en brood is ’t edel aes Daer jong en oud Het lijf by houd.” Een samenst. vindt men in Landtrecht. v.

Zutf. II, 4: „Magenaes, und verteerde kosten.”