maneuver

betekenis & definitie

manoeuvre

Op het allerlaatste moment wierp hij het stuurwiel om, een gevaarlijk maneuver dat hem bijna in een slip bracht, terwijl een wagen luid en woedend toeterend rakelings langs hem heen scheerde.
(Piet Van Aken, De blinde spiegel)
12. 4 De bestuurder die een maneuver wil uitvoeren, moet voorrang verlenen aan de andere weggebruikers.
(Alain Mys, Wetboek wegverkeer)

Nederlanders spreken het woord 'manoeuvre' ook uit op z'n Frans. In Belgisch-Nederlands wordt aan het eind /-ver/ gehoord.

Belgisch-Nederlandse Standaardtaal
Gangbaarheid: 4
Vlaamsheid: 6