heel lang geleden, het jaar nul (informeel)
Langs die veelbetekenende gevel scheren ze, op een haar na de dakgoot eraf sleurend, plus een paar Boomse dakpannen uit Het Jaar Stillekens.
(Tom Lanoye, Sprakeloos)
In '80 heeft hij dan al zijn rommel openbaar laten verkopen. Dat is toen nog op de televisie geweest: verroeste sabels, uniformen van 't-jaar-stillekens, scheerspiegels, kommen en teljoren, ja zelfs pispotten met het wapenschild van België in.
(Walter Van den Broeck, Het beleg van Laken)
Belgisch-Nederlandse Standaardtaal
Gepubliceerd op 21-07-2020
het jaar stillekens
betekenis & definitie