Blancheren is een kooktechniek waarbij voedsel een korte tijd gekookt wordt en vervolgens in koud water wordt gelegd of door koud water wordt afgespoeld. Het doel van blancheren is het garen van groente zonder kleurverlies en, bij koolsoorten, het wegnemen van de bittere smaak. Blancheren gebeurt altijd zonder deksel.
Om voedsel, vaak groenten, te blancheren breng je allereerst in een ruime pan lichtgezout water aan de kook . Nadat het water kookt voeg je het voedsel toe. Laat alles terug aan de kook komen en afhankelijk van het soort voedsel laat je het een aantal minuten doorkoken. Nadat je het gekookte voedsel hebt afgegoten (bijvoorbeeld met een zeef) spoel je het af met koud water of laat je het in koud water onderdompelen. Hiermee voorkom je doorgaring, je breekt het kookproces als het ware af.
Blancheren kan ook door middel van stoom of olie gebeuren. Voorbeelden van groenten die vaak geblancheerd worden zijn sperziebonen, boerenkool en spinazie.