Synoniemen zoeken
Synoniem van zaak
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
zaak
zaak - iets dat niet-stoffelijk van aard is. Het woord kan synoniem zijn met aangelegenheid: 'hij vond politiek een vervelende aangelegenheid'. Aan een kwestie of, in informele taal, historie zijn problemen verbonden. Een pijnlijke of netelige kwestie is een affaire of, minder deftig, akkefietje. Bij het synoniem geschiedenis staat altijd een bepaling: 'een fraaie geschiedenis', 'een kostbare geschiedenis'.
Zie: onderwerp.
Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Zaak
Ding is de algemeene benaming van al wat bestaat, geschiedt, gedaan of gezegd wordt, bij voorkeur zegt men het van hetgeen levenloos is. Voorwerp noemt men iets wat voor ons oog duidelijk begrensd is, wat eene plaats in de ruimte inneemt, hetzij dit leven heeft of niet. Zaak noemt men de (wezenlijk of denkbeeldig) bestaande dingen, voor zoover zij met ons in betrekking staan, verder ook handelingen en toestanden. Tusschen zaak en ding bestaat in de taal van het dagelijksch leven weinig onderscheid. Ding is hierin meer in gebruik dan zaak.
De uitbreiding der Russische macht in het Oosten is eene zaak, die meer dan één Europeesch kabinet de levendigste bezorgdheid inboezemt. Boomen, planten, schapen, runderen zijn dingen, wanneer zij geheel op zich zelf beschouwd worden. Heeft men echter hunne beteekenis voor den mensch op het oog, dan laten zij zich met den naam van zaken bestempelen. Eene der nuttigste zaken, die Amerika heeft opgeleverd, is de quinine. De merinos zijn voor Spanje eene zaak van groot gewicht. De namen schepsel en wezen hebben uitsluitend betrekking op menschen en dieren. Schepsel is eigenlijk alles wat geschapen is. Wezen ziet meer op de eigenaardige wijze van zijn, van bestaan, waardoor dingen van eene bepaalde soort zich van dingen van andere soorten onderscheiden. De wezens onderscheidt men in redelijke en redelooze, menschelijke en dierlijke, hoogere en lagere, enz. De groot¬heid en de macht des Scheppers is zichtbaar in al zijne schepselen. Het Opperwezen.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
zaak
zaak - zelfstandig naamwoord
1. plaats waar men iets maakt of doet om geld te verdienen
♢ Arie heeft een eigen zaak
1. zaken doen
[het sluiten van overeenkomsten]
2. geduld is een schone zaak
[heb nou maar geduld]
3. zaken gaan voor het meisje
[je werk is belangrijker dan een afspraakje]
4. zijn zaken waarnemen
[zijn belangen behartigen]
2. voorwerp
♢ op de markt kun je allerlei zaken kopen
1. zijn zaakje
[zijn geslachtsdelen]
3. waar het over gaat
♢ dit is een zaak voor de politie
1. de zaak komt voor
[de rechtszaak]
2. hij is ter zake kundig
[hij weet er veel van]
3. dat doet niet ter zake
[is niet belangrijk]
4. de stand van zaken
[hoe het ervoor staat]
5. het fijne van de zaak vertelt hij niet
[de precieze gegevens]
6. dat is mijn zaak
[daar heb jij niets mee te maken]
7. ter zake komen
[zeggen wat je te zeggen hebt]
8. uit de aard der zaak
[als een noodzakelijk gevolg daarvan]
9. de zaak is deze
[dit is er aan de hand]
10. in de kern van de zaak
[in feite, eigenlijk]
11. gedane zaken nemen geen keer
[wat gebeurd is, laat zich niet veranderen]
12. met kennis van zaken
[op deskundige wijze]
13. onverrichter zake terugkeren
[zonder dat men zijn doel heeft bereikt]
14. opening van zaken geven
[vertellen hoe het precies in elkaar zit]
15. de zaak aan het rollen brengen
[erover beginnen, ermee beginnen]
16. er komt schot in de zaak
[het begint zich te ontwikkelen]
17. zoals de zaken nu staan ...
[zoals de situatie nu is]
18. het zaakje niet vertrouwen
[vermoeden dat het niet goed gaat]
Algemene uitdrukkingen:
1. het is zaak om ...
[we moeten ervoor zorgen]
2. het is niet veel zaaks
[stelt niet veel voor]
Zelfstandig naamwoord: zaak
de zaak
de zaken
het zaakje
Synoniemen
aangelegenheid, bedrijf, business, firma, kwestie, onderneming, onderwerp