Boeken
  • Home
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Inloggen

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren

 

Synoniemen zoeken

Uitgelicht

Valt op hè?

Ontwerp nu je advertentie. Direct online!

Synoniem van tuig

  • gespuis
  • geteisem
  • schorem
  • schorremorrie
  • uitschot
  • zootje
Synoniem van 'n ander trefwoord
  • afval
  • canaille
  • gajes
  • gareel
  • gepeupel
  • gerei
  • gespuis
  • geteisem
  • grauw
  • rapaille
  • schorem
  • schorremorrie
  • schuim
  • uitschot
  • zootje
  • Betekenis van tuig
  • Spreekwoorden met tuig
  • Spelling van tuig
  • tuig vervoegen
2017-11-14 2017-11-14
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief

Nederlands woordenboek voor onderwijs

tuig

tuig - zelfstandig naamwoord

1. geheel van riemen waardoor een paard kan trekken
♢ nadat het tuig ingespannen was, kon de kar vertrekken
2. gezamenlijke onderdelen die ergens voor nodig zijn
♢ als hij gaat vissen, verzamelt hij eerst al het vistuig
3. slecht volk, slechte mensen
♢ dat tuig heeft het bushokje helemaal vernield
1. tuig van de richel
[mensen van het allerslechtste soort]

Zelfstandig naamwoord: tuig
het tuig
de tuigen
het tuigje

Synoniemen
gespuis, geteisem, schorem, schorremorrie, uitschot, zootje

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

  • Home
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Inloggen
  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren
© 2023 Ensie

Inloggen

Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.

Ik ben mijn wachtwoord vergeten