restaurant - eetgelegenheid waar voornamelijk maaltijden worden verstrekt. Een cafetaria heeft zelfbediening. Een klein, eenvoudig restaurant noemt zich vaak eethuis; in informele stijl wordt zo'n zaak - door anderen - ook eettent genoemd. Wanneer het eethuis op Franse leest is geschoeid, heet het een bistro of petit-restaurant. Stations en busstations hebben een restauratie of stationsrestauratie. Een rotisserie is gespecialiseerd in geroosterd vlees, een pizzeria in pizza's.

Zie: eetgelegenheid.

Zie: eetzaal; kantine.

restaurant - zelfstandig naamwoord
uitspraak: res-tau-rant

1. plaats waar je tegen betaling kunt eten
♢ in dit nieuwe restaurant kun je heerlijk eten

Zelfstandig naamwoord: res-tau-rant
het restaurant
de restaurants
het restaurantje