Synoniemen zoeken
Synoniem van patroon
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
patroon
patroon - stuk munitie waarin de voor het afschieten benodigde springlading zit. Een scherpe patroon bestaat uit een springstof bevattende patroonhuls en een projectiel; soldaten zeggen pieper. Losse patronen of losse flodders bestaan slechts uit een patroonhuls met explosieve lading.
Zie: projectiel.
Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Patroon
Die boven anderen staat, en als meerdere te bevelen heeft. Gebieder en heer worden ook gebruikt om meerderheid door macht of beschaving te kennen te geven, doch zijn dan niet synoniem met baas en meester. ,,Mijn gebieder, de heer en keizer.” Gebieder laat meer uitkomen dat de persoon te bevelen heeft, maar wordt minder gebruikt in het dagelijksch leven. Heer komt in deze beteekenis het sterkst uit in de heer des huizes. Meester, als synoniem met heer gebruikt, schijnt behalve meerderheid in uiterlijken staat ook nog eene zedelijke of verstandelijke meerderheid in te sluiten, terwijl van heer dit laatste niet gezegd kan worden. Hij is mijn heer en meester is dus niet geheel en al eene tautologische uitdrukking. Baas en meester, van ambachts¬lieden gebezigd, verschillen hierin, dat baas de naam is, die de verhouding van iemand als hoofd eener zaak in tegenoverstelling van de knechts aan¬duidt, terwijl meester de titel of benaming is, die iemand als meerdere of als ervaren in een vak aanwijst. Tegenover baas staat knecht, tegenover meester staat leerling. Meester Smid. Hij is een baas, die met twintig knechts werkt. Patroon is de naam, die in sommige bedrijven door de ondergeschikten aan hun hoofd of chef gegeven wordt. Vooral is dit het geval in winkels en op handelskantoren. Daarnaast wordt zeer veel chef gehoord.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
patroon
patroon - zelfstandig naamwoord
uitspraak: pa-troon
1. een vorm met bepaalde kenmerken
♢ er zit een bepaald patroon in deze moordzaken
2. voorbeeld van iets wat gemaakt moet worden
♢ zij knipte de blouse uit volgens een patroon
3. herhaald figuurtje dat dient als versiering
♢ haar rok had een patroon van blaadjes
4. huls met kogel en kruit
♢ hij haalde het patroon uit zijn geweer
5. vulling voor bijvoorbeeld een pen
♢ er moet een nieuwe patroon in deze vulpen
6. beschermer
♢ Sint Chistoffel is de patroon van de reizigers
Zelfstandig naamwoord: pa-troon
het patroon
de patronen
het patroontje
Synoniemen
miniatuur, model, motief