Synoniemen zoeken
Synoniem van muts
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
muts
muts - hoofddeksel zonder vaste vorm en zonder harde rand. Een bivakmuts is lang en gemaakt van wol. Van bont gemaakt is een bontmuts of pelsmuts; van berevel een beremuts. Een Frygische muts is kegel- of halfeivormig en heeft een naar voren omgebogen punt. De rode Frygische muts met blauw-witrode kokarde, die tijdens de Franse Revolutie werd gedragen door de jakobijnen, noemen we de jakobijnenmuts of vrijheidsmuts. Ruig en bont is de kapoets, karpoets of ka(r)poetsmuts. Rooms-katholieke geestelijken dragen een vierkante bonnet met drie of vier naar het middelpunt toelopende opstaande kammen.
Zie: hoofddeksel.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
muts
muts - zelfstandig naamwoord
1. hoofddeksel van soepel materiaal
♢hij heeft een wollen muts op tegen de kou
1. zijn muts staat verkeerd
[hij is niet goed te spreken, niet vrolijk]
2. domme vrouw
♢die muts laat zich misleiden door zijn gladde praatjes
Zelfstandig naamwoord: muts
de muts
de mutsen
het mutsje