Synoniemen zoeken
Synoniem van misleiden
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
misleiden
misleiden - iemand met opzet een onjuist denkbeeld geven omtrent iemand of iets, met min of meer ernstige gevolgen. Zo ook om de tuin leiden, op het verkeerde been zetten, erin laten lopen, een rad voor ogen draaien en, in informele stijl, erin luizen. Misleiding door een mooie uiterlijke schijn heet begoochelen. Bij bezwendelen is er een grote financiële transactie in het spel; het informele neppen slaat ook op geld, namelijk op prijzen en tarieven. Leugens zijn het middel waarmee men iemand bedriegt, te pakken heeft of een loer draait; in informele stijl heet dit ook beduvelen, in de boot nemen en bedonderen, en in zeer informele stijl belazeren, vernachelen, verneuriën en verneuken. Bargoens: besjoemelen, oetsen. In België gebruikt men ook afpluimen, bedodden of (iemand) een vlassen baard aandoen. Een rechercheur zet zijn tegenstander op een dwaalspoor. De uitdrukking iemand met open ogen bedriegen brengt tot uiting dat de bedrogene gemakkelijk beter had kunnen weten.
Zie: afzetten; beetnemen; oplichten; schaden; wijsmaken.
Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Misleiden
Dwaling veroorzaken. Misleiden is eigenlijk niets anders dan op een verkeerd spoor brengen en daardoor dwaling veroorzaken; het wordt alleen in figuurlijken zin gebruikt. Een der Grieksche schilders wist zoo bedriege lijk druiven na te bootsen dat de vogels er zich door lieten misleiden. Bedriegen heeft het bijbegrip, dat de misleiding gepaard gaat met schennis van vertrouwen. Bedotten foppen en verschalken duiden aan, dat er list is aangewend, om de dwaling te doen ontstaan. Zij sluiten dus altijd opzet in, iets wat bij misleiden niet noodzakelijk het geval behoeft te wezen. Daar zij echter ook van onschuldige misleidingen gebezigd worden, die geen nadeel berokkenen, wat inzonderheid met foppen het geval is, hebben zij eene minder hatelijke beteekenis dan bedriegen. Verschalken wordt vooral gebezigd, waar van twee partijen, die ondersteld worden elkaar te bestrijden, de eene de andere in eene hinderlaag lokt, haar met list een of ander voordeel zoekt af te winnen. De jagers verschalken het wild. Bedotten — beet nemen is meer iemand in dwaling brengen ten einde zich vroolijk over hem te maken, of om er voordeel van te trekken.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
misleiden
misleiden - regelmatig werkwoord
uitspraak: mis-lei-den
1. niet eerlijk zijn
♢hij heeft mij misleid met zijn verhaal
Regelmatig werkwoord: mis-lei-den
ik misleid
jij/u misleidt
hij/zij misleidt
wij/zij/jullie misleiden
ik/jij/u/hij/zij misleidde
wij/zij/jullie misleidden
hij heeft misleid
de/het/een misleide ....
misleidend, misleidende
Synoniemen
bedriegen, belazeren, bedonderen, besodemieteren, verneuken