Synoniemen zoeken
Synoniem van metgezel
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
metgezel
metgezel - iemand die een ander gezelschap houdt tijdens een wandeling, uitstapje, reis en dergelijke. In archaïstische taal kennen we het synoniem gezel. Wie op reis gaat, kan een reisgenoot of reisgezelschap meenemen; dat laatste woord heeft geen meervoud. Een geleider biedt onderweg bescherming of informatie. (Zie: gids.) Meisjes of vrouwen worden begeleid door een chaperon, cavalier of, ironisch, ridder.
Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Metgezel
Die met een ander in dezelfde omstandigheden verkeert of tot een zelfden rang of stand behoort. De oorspronkelijke beteekenis van gezel was huis¬genoot, later kreeg het de beteekenis van iemand, die met een ander ver¬keert, of omgaat. Metgezel doet het denkbeeld van samenzijn met een ander meer op den voorgrond treden. Genoot, oorspronkelijk die met anderen aan iets deel heeft, is in deze bet. verouderd en komt alleen nog voor bij dichters en in de samenstellingen, bedgenoot, dischgenoot, lotgenoot, reisge¬noot enz. Kameraad duidt meer bijzonder gemeenschap van kamer aan maar wordt ook in ruimeren zin gebruikt b.v. speelkameraad. Het denk¬beeld van vriendschap komt bij makker meer op den voorgrond. Dit kan ook het geval zijn met het woord maat; vooral bij gebruik van het ver¬kleinwoord maatje.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
metgezel
metgezel - zelfstandig naamwoord
uitspraak: met-ge-zel
1. iemand die met je mee gaat
♢Alex is mijn metgezel op deze reis
Zelfstandig naamwoord: met-ge-zel
de metgezel
de metgezellen