Synoniemen zoeken
Synoniem van lijst
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
lijst
lijst - vooruitspringende rand van een gebouw, een meubel en dergelijke. Een kroonlijst, deklijst of (minder gebruikelijk) uitstek vormt het bovenste onderdeel van een hoofdgestel. Tussen kroonlijst en architraaf bevindt zich het fries.
Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Lijst
Een stuk papier waarop men in geregelde volgorde de stipulaties van eene overeenkomst of een aan¬tal aanteekeningen van zaken, die men niet uit het geheugen mag ver¬liezen, heeft opgeteekend. Cedel (ceel) noemt men inzonderheid eene lijst voor tijdelijk gebruik, of eene opsomming van voorwaarden bij eene over¬eenkomst, die niet van zoo langen duur is, dat men er eene formeele acte van noodig acht. Toen hij zijn huisraad en alles opgeschreven had, was het een lange ceel, doch de waarde was niet groot. Een huurceel, pachtceel, rouwceel. Lijst zegt men van eene reeks namen, onder elkander op¬geteekend, verder van namen en woorden in geregelde volgorde geboekt. Worden verschillende zulke lijsten tot een geheel vereenigd dan vormen zij een register. De registers van den burgerlijken stand. De lijsten en staten der schutterplichtigen. Soldaten op de lijst brengen. Bol zegt men vooral van de lijst, waarop door een rechterlijk college de te behandelen rechtszaken naar hare volgorde gebracht worden, en van de scheepslijst, waarop de namen van al het scheepsvolk, dat zich aan boord bevindt, worden opgeteekend. De zaak is op de rol. De monsterrol. De scheepsrol.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
lijst
lijst - zelfstandig naamwoord
1. opsomming of rij van woorden, getallen, namen, enzovoort
♢ ik heb hier een lijst met dertig namen
1. zwarte lijst
[opsomming van personen die iets verkeerd gedaan hebben]
2. rand
♢ om dit schilderij zit een mooie lijst
Zelfstandig naamwoord: lijst
de lijst
de lijsten
het lijstje