Synoniemen zoeken
Synoniem van leren
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
leren
leren - [ww] door oefening, navolgen van voorbeelden en dergelijke. Zover komen dat men een kennis of vaardigheid kan toepassen. Een lijdend voorwerp is niet verplicht: 'ik zit de hele middag al te leren'. Van buiten leren, uit zijn (of het) hoofd leren en het formnele memoriseren hebben tot doel een les, getallen, woorden, zinnen, enzovoort, zo te leren dat je ze uit het hoofd kunt reproduceren. Zich eigen maken en opsteken hebben altijd een lijdend voorwerp (leerstof, een gebied van kennis en dergelijke) en geven aan dat men zeer vertrouwd raakt met de stof. Ook bij afkijken, iets leren door te kijken hoe een ander het doet, hoort een lijdend voorwerp: 'een foefje afkijken', eventueel met een bepaling ingeleid door 'van': 'de kunst van iemand afkijken'. Blokken (op) iets is ingespannen leren; met weglaatbaar voorzetselvoorwerp. Stampen is: een grote portie leerstof uit het hoofd leren; het wordt gebruikt met weglaatbaar lijdend voorwerp: 'jaartallen stampen', 'ik moet stampen'. Informeel is oppikken: min of meer en passant leren (met de leerstof als verplicht lijdend voorwerp).
Zie: studeren.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
leren
leren - regelmatig werkwoord
uitspraak: le-ren
1. ervoor zorgen dat iemand anders iets kan of weet
♢ Ernst leert zijn zoon schaken
2. ervoor zorgen dat je iets kunt of weet
♢ ik heb deze zomer leren surfen
1. van buiten leren
[zorgen dat je het meteen weet]
2. ik zal je leren!
[ik ga je straffen]
3. leer jij maar hoor, er zijn sufferds genoeg (TB)
[het is goed dat je leert]
Regelmatig werkwoord: le-ren
ik leer
jij/u leert
hij/zij leert
wij/zij/jullie leren
ik/jij/u/hij/zij leerde
wij/zij/jullie leerden
hij heeft geleerd
de/het/een geleerde ....
lerend, lerende
Synoniemen
aanleren, opsteken
Tegenstellingen
afleren