Synoniemen zoeken
Synoniem van grap
Synoniem van 'n ander trefwoord

Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
grap
grap - iets dat grappig is, of althans grappig bedoeld. In informele stijl: geintje, lolletje. In België: zwans. Vervat in de vorm van een opmerking of gevat antwoord heet zoiets een kwinkslag, wisecrack, grapje of bon mot. Je kunt het ook geestigheid of aardigheid noemen, maar deze woorden hebben vaak een afkeurende of ironische ondertoon. Een esprit d'escalier is een te laat bedachte kwinkslag. Een gag is een grap in een film of toneelstuk. Wordt hij, in allerlei variaties, een aantal malen herhaald, dan is het een running gag. Een mop is een grap in de vorm van een kort verhaaltje, en wordt ook witz of, in informele stijl, bak genoemd. Indien dit vertelsel reeds lang in brede kring bekend is, heet het een mop met een baard. Een wrange inhoud heeft de sick joke, terwijl de dijenkletser zich kenmerkt door het feit dat hij een uitbundige reactie pleegt op te roepen. De practical joke is een grap die niet zozeer uit woorden als wel uit handelingen bestaat. De aprilgrap, op 1 april, heeft als oogmerk dat men een goedgelovig slachtoffer fopt. Een platte of grove grap is een grol, een geestloze grap een flauwiteit.

Synoniemen Handboek
Jef Anthierens (1998)
Grap
Gezegde(s):
• alle gekheid op een stokje

Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Grap
Gekheid, oorspronkelijk de toestand van iemand, die gek of dwaas is, heeft door uitdrukkingen als alle gekheid ter zijde, welke eigenlijk op den toestand van den grappenmaker of van den nar zagen, doch later opgevat werden als de uiting van zijne natuur, de beteekenis van scherts en grap gekregen. Scherts is eene geestige, gek-scherende wijze van spreken, die met ernstige dingen den draak steekt en tot vroolijkheid stemt. Hij schertst ook altijd. Scherts ter zijde. Boert is eene naïeve, maar tevens eenigszins plompe en ruwe scherts. ,,Hoe hiet jij? Ik hiet Piet de Wit. Best hoor; ik zel Zwart schrijven.” Eene geestigheid is iets waarin eene oorspronkelijke, fijne of puntige, verrassende gedachte ligt (z. o. Aardig). De eigenaardigheid van jok bestaat vooral in eene sterke bijmenging van ironie. In kortswijl, dat een aan het hgd. ontleend woord is, is de beteekenis van al de voorafgaande woorden vervat. Nu was er geen eind aan de kortswijl en de grappen van den chirurgijnsjongen. Luim ziet op los daarheen geworpen, geestige invallen. Ernst en luim. Zie Grap.

Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
grap
grap - zelfstandig naamwoord
1. wat je vertelt of doet om iemand te laten lachen
♢ hij vertelde een goeie grap
1. voor de grap
[omdat we dat leuk vinden]
2. een grap met hem uithalen
[hem iets geks laten meemaken]
3. een flauwe grap
[een grap die niet leuk is]
Zelfstandig naamwoord: grap
de grap
de grappen
het grapje
Synoniemen
bak, mop