Synoniem van examen

examen - onderzoek naar iemands kennis of bekwaamheid op een bepaald gebied. In het eerste studiejaar legt men aan een universiteit het propaedeutisch examen, de propaedeuse of, informeel, propjes af; hierbij wordt iemands kennis van de voorbereidende leerstof getest. Aan universiteiten legden studenten vervolgens (in de tijd vóór de invoering van de tweefasenstructuur) het kandidaatsexamen, kandidaats of, informeel, kandjes af. De studie sluit men af met het doctoraal. D-1 heet het eerste deel van het doctoraal bij een medicijnenstudie, [B]D-2 [/B]komt daarna. Naar de manier waarop het examen wordt afgenomen, onderscheidt men een mondeling en een schriftelijk.

examen - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ek-sa-men

1. proef waarbij je moet laten zien wat je kunt of weet
♢ aan het eind van het schooljaar is er een examen
1. zakken voor een examen
[niet voldoende punten halen]
2. slagen voor een examen
[voldoende punten halen]

Zelfstandig naamwoord: ek-sa-men
het examen
de examens
het examentje