Synoniemen zoeken
Geen resultaten voor blaasinstrument
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
blaasinstrument
blaasinstrument - muziekinstrument waarop geblazen moet worden. Een hoorn (zie aldaar) wordt gebruikt door fanfare-, harmonie- en symfonieorkesten. Een trompet is van metaal, is buisvormig en heeft een beker en een ketelmondstuk. Geeft de trompet een helder en doordringend geluid, dan noemt men hem een klaroen, terwijl een bazuin een trompet is die in oosterse landen wordt gebruikt. Een trombone, schuiftrompet of bazuin in een tweede betekenis lijkt op een gewone trompet, maar de toonhoogte wordt hier onder andere bepaald door een schuivende buis. Ook een tuba is van metaal; deze is wijdgemensureerd en geeft een lage klank. Als de kegelvormige boring zich sterk verwijdt, heet de tuba bombardon of contrabastuba. Bij een bugel is de buis van het instrument wijd en kegelvormig. Een kornet a pistons of kornet heeft iets weg van een trompet, maar is korter en wijder en het kegelvorm ige deel is naar verhouding langer. A. Sax patenteerde de saxhoorn, een instrument met een ketel mondstuk, dat een althoorn kan zijn als het een saxhoorn in Es is met een buislengte van 1,77 meter en een klinkende toonomvang van a-a". Sax vervaardigde ook de saxofoon of kortweg sax, een blaasinstrument met conisch-parabolische mensuur. Blaasinstrumenten kunnen niet alleen van metaal, maar ook van hout worden gemaakt. Bij een fluit zijn
beide materialen mogelijk. De gaten van een dwarsfluit worden tijdens het spelen met kleppen gesloten en het mondstuk ervan bevindt zich in de wand van de kop. Een blokfluit, bekfluit of handfluit heeft een snavelvormig uiteinde, met vlak daaronder een blokje binnen in de buis dat deze op een smalle spleet na afsluit. Het kleinste type fluit is de piccolo, piccolofluit of octaaffluit, terwijl een flageolet een octaaf hoger klinkt dan de gewone dwarsfluit. Fluiten kunnen ook bestaan uit vijf tot zeven buisjes van ongelijke lengte die in een rij aan elkaar zijn bevestigd: de panfluit of pansfluit. Mondstukken van blaasinstrumenten zijn heel verschillend. Vaak wordt een rietblad gebruikt, bijvoorbeeld bij een hobo, waarbij sprake is van een dubbel rietblad om de lucht in het instrument in trilling te brengen. De althobo heet ook wel Engelse hoorn; de omvang hiervan is een kwint lager dan die van de gewone hobo. Een schalmei, boerenfluit, herdersfluit of herderspijp kent ook het dubbele rietblad, maar heeft daarnaast een kegelvormige buis. Een instrument met een cilindervormige buis en een kop waarin zich een enkel rietblad bevindt noemt men klarinet. Bij een fagot, een blaasinstrument van enkele meters lang, is het dubbele aanblaasriet in een S-vormig tussenstuk gemonteerd. Muziek kan worden voortgebracht door een balg van waaruit lucht in een aantal van riet voorziene pijpen wordt geperst. Dit instrument heet een doedelzak of doedel. Deze wordt altijd in verband gebracht met Schotland, maar ook de Franse doedelzak ofte wel musette komt voor. Min of meer antieke blaasinstrumenten zijn de ocarina, een instrument van pijpaarde of porselein met acht plus twee vingergaten. Een serpent (zestiende tot negentiende eeuw) is van hout, is 2 meter lang en in een slangevorm gebogen. Was het bestemd voor huiselijk gebruik, dan heette het een huisorgel; als het erg klein was en registers bezat, sprak men van serafine. Orgels zijn een verhaal apart. Hierbij worden tonen voortgebracht door een luchtstroom die uit blaasbalgen naar pijpen wordt gevoerd. Musicologen spreken van een pijporgel en mensen die in scherts te kennen geven dat het geluid hun pijn aan de oren doet, noemen het orgel een jammerhout. Het orgel kan klein zijn en slechts van tongwerken voorzien; het is dan een regaal. Draaiorgel, pierement en straatorgel zijn mechanische orgels die men bespeelt door aan een wiel te draaien. Bij processies en feesten werd een portatief meegedragen: een draagbaar orgel. In de tijd van de stomme film werd het beeld begeleid door muziek uit een bijwerk, een klein orgel dat ook wel in de kerk werd gebruikt en dat vanuit een hoofdorgel werd bediend.
Zie ook: muziekinstrument.