(de, -sen), meerdere trossen aan een steel (gezegd van bananen( ) en bakoven( )). Adjanga: grote 4-5 m hoge plant; vrucht groot; tros bestaande uit 5-8 handen( ) (Budelman & K.39).
- Etym.: AN tros = SN hand( ).
-: zijn tros gekapt hebben (had), er mooi uitzien, er mooi bij lopen.
- Etym.: S kap’tros = bananen oogsten.
- Syn. zijn manja( ) gekapt hebben.