Spreekwoorden en gezegden

F. Stoett (1977)

Gepubliceerd op 14-10-2020

Een blauwkous

betekenis & definitie

spotnaam voor een vrouw die zich aan de studie wijdt, een geleerde dame, die daarbij tevens zekere minachting voor huishoudelijke aangelegenheden toont te hebben. Men houdt het woord voor een vertaling van Eng. blue-stocking, dat in 1653 het eerst gebruikt is met betrekking tot het parlement, dat uit eenvoudig geklede mensen bestond.

In het midden van de 18de eeuw werd het toegepast op geleerde dames. Toen leefden te Londen enige dames, bij wie vergaderingen gehouden werden waar ook geleerde mannen kwamen, o.a. zekere Benj. Stillingfleet, die zich zeer vreemd kleedde en blauwe kousen droeg. Naar hem meent men, dat dergelijke vergaderingen Blue-Stocking-Societies genoemd zijn. Vgl. Fr. basbleu; Hd. Blaustrumpf.