Spreekwoorden en gezegden

F. Stoett (1977)

Gepubliceerd op 14-10-2020

Bankroet gaan

betekenis & definitie

failliet gaan, zijn betalingen staken; een bankje leggen, zoals men in de 17de eeuw zeide. Het woord bankroet hebben wij ontleend aan Fr. banqueroute, een verfranste vorm van Italiaans banca rotta, dat letterlijk wil zeggen, „gebroken bank”.

Deze uitdrukking moet ontstaan zijn uit de gewoonte om de tafel van een wisselaar die zijn betalingen staakte, op het foro weg te breken. Fr. faire banqueroute', Hd. Bankerott machen; Eng. to become a bankrupt. In fig. zin spreekt men b.v. van het bankroet van het fascisme, van de wetenschap (het laatste was op het eind van de 19de eeuw een gevleugeld woord, ten onrechte toegeschreven aan Brunetière).