Met dit spreekwoord doen we de pauw onrecht. De pauw is zo trots niet. Wanneer hij zijn veren als een waaier uitzet, kijkt hij niet trots rond, maar ziet meestal naar zijn poten. Dat is ook de reden waarom in vroeger eeuwen de pauw als zinnebeeld der bescheidenheid werd beschouwd. Een waaier van pauweveren was een bewijs van bescheidenheid. Vgl. overigens Ovidius, Metamorphoses (13, 802): ‘Laudato pavone superbior’, d.i.: trotser dan een pauw