Spreekwoorden zoeken
uitgelicht
Bestel nu de Formule 1 Encyclopedie!
Spreekwoorden 'Een mens leert net zo lang tot zijn vingers even lang zijn'
Een mens leert net zo lang tot zijn vingers even lang zijn
De mens leert altijd, is daar nooit te oud voorMen is nooit te oud om te leren
Even overwippen
Hetzelfde als: even aanwippen. Bij iemand op bezoek gaan(Even) bij iemand aanwippen
Zich even naar iemands woning of verblijf begeven, om hem te spreken of een kort bezoek te brengen. Van ‘wippen’. (Vgl.: in een wip.)Even of oneven
Deze uitdrukking wordt gebezigd, wanneer men tussen iets kiezen moet en de ander óf een even, óf een oneven aantal voorwerpen in zijn hand heeftEven goeie vrienden
Gezegd wanneer men in een bepaalde zaak niet tot overeenstemming kan komenEven stoom afblazen
Letterlijk: door het lichten der veiligheidsklep de stoom geheel of gedeeltelijk uit de ketel doen ontsnappen. Figuurlijk: even pauzeren met de arbeid, even wat anders doenOm het even zijn
‘Even’ heeft hier de betekenis van: hetzelfde, onverschillig. Derhalve: het is hetzelfde, er is geen verschil (‘onverschillig’: boven de verschillen uit zijn)Dat is even ravenaas
Dat is een gemene kerelGeluk en glas breekt even ras
Het geluk in deze wereld is meestal van korte duurdat varkentje zal ik wel even wassen
dat werkje zal ik wel vlug even doen, dat karweitje knap ik wel eventjes op.Ik zal hem eens even bijlichten
Ik zal hem eens een flink pak slaag gevenAlle aanslagen lukken niet even goed
Ook na de beste voorbereiding slaagt het plan niet altijdAlle banden binden niet even vast
Liefde is sterker dan vriendschapOok: Geen vaster band dan de liefde
Alle aanslagen gelukken niet even wel
Zelfs de best voorbereide zaak kan wel eens mislukkenHij zal dat varkentje wel eens even wassen
Hij zal dat karweitje wel opknappenDat varken(tje) wel even zullen wassen
Overdrachtelijk voor: die zaak zullen we wel even opknappen, in orde brengen, ook al zal het enige moeite kosten. Het wassen van een vuil varken is nl. een nogal lastig karweitjeZo herder, zo hond
De ondergeschikten zijn meestal zoals hun meester; voorbeelden trekkenZo gewonnen - zo geronnen
‘Geronnen’, een adjectief dat gewoonlijk van bloed gezegd wordt, is een zuiver gevormd vdw. van het Mnl. sterke ww. ‘rinnen’, dat: stollen, tot een vaste substantie worden, betekent. Het gebruik van het woord ‘geronnen’ in deze uitdrukking is derhalve ten enenmale verkeerd. De klemtoon moet hier vallen op ‘gewonnen’ en ‘geronnen’, zodat de uitdrukking dit bedoelt: zoals het gewonnen is, zo raakt men het weer kwijt. Het gebruik van het woord ‘geronnen’, dat waarschijnlijk als dw. van ‘rennen’ moet fungeren, is in dit geval alleen te verklaren uit de zucht tot rijmen. De uitdrukking betekent: wat men met weinig moeite en op oneerlijke wijze verkregen heeft, blijft niet langZo potje - zo dekseltje
Zoals de een is, is de ander ook. Wordt steeds in ongunstige zin gebruikt. Hetzelfde als: zo vader - zo zoon, zo moeder - zo dochter, zo heer - zo knecht e.d., die evenwel niet steeds in ongunstige zin gebruikt wordenSpreekwoorden
Een spreekwoord is een korte, krachtige uitspraak die een wijsheid, een collectieve ervaring of morele opvatting weergeeft.
Een spreekwoord is onveranderlijk. Voor spreekwoorden worden dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde gebruikt. Een spreekwoord is bovendien altijd een mededeling, geen vraag. Het werkwoord (de persoonsvorm) staat in de tegenwoordige tijd (als er een persoonsvorm aanwezig is).
Meestal is een spreekwoord een algemene levenswijsheid: zo gaat het nu eenmaal in de wereld. Voorbeelden van spreekwoorden zijn: ‘Na regen komt zonneschijn’, ‘Boontje komt om zijn loontje’ en ‘Oost west, thuis best.’ bron: Onze taal
Top spreekwoorden:
1 been
2 water
3 hart
4 neus
5 geld
6 kat
7 wind
8 tijd
9 oog
10 liefde
11 eten
12 liegen
13 lopen
14 zee
15 leren
Een spreekwoord is onveranderlijk. Voor spreekwoorden worden dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde gebruikt. Een spreekwoord is bovendien altijd een mededeling, geen vraag. Het werkwoord (de persoonsvorm) staat in de tegenwoordige tijd (als er een persoonsvorm aanwezig is).
Meestal is een spreekwoord een algemene levenswijsheid: zo gaat het nu eenmaal in de wereld. Voorbeelden van spreekwoorden zijn: ‘Na regen komt zonneschijn’, ‘Boontje komt om zijn loontje’ en ‘Oost west, thuis best.’ bron: Onze taal
Top spreekwoorden:
1 been
2 water
3 hart
4 neus
5 geld
6 kat
7 wind
8 tijd
9 oog
10 liefde
11 eten
12 liegen
13 lopen
14 zee
15 leren