Wie niet waagt, die niet wint
Of de tegenstelling: die waagt, die wint. Zegswijzen die in verschillende vormen vroeger al voorkwamen. Vgl. Vergilius, Aeneis (X, 284): 'Audaces (audentes) fortuna juvat’, d.i.: die waagt wint, de fortuin helpt de stoutmoedigen. Men heeft dit halfvers later door toevoeging van: 'timidosque repellit’, d.i.: en drijft de vreesachtigen terug, tot een hexameter aangevuld. Vgl. voorts Lat.: 'Audenti succedit opus’, d.i.: hem, die waagt, zal het werk gelukken, en Lat.: 'Conanti dabitur’, d.i.: die waagt zal gegeven worden. Vgl. voorts Fra.: 'On ne fait pas d’omelette sans casser des oeufs’, d.i.: men maakt geen omelet zonder stukgeslagen eieren. Op de Lemmersluis kunnen we lezen