Soms met de toevoeging: behalve van de goede. Landlopers en kramers, die alle markten bijwonen, leren allerlei slimmigheidjes en bedriegerijen, die ze dan zelf toepassen. Overdrachtelijk voor: goed bij de hand zijn, in alles bedreven zijn, van zessen klaar zijn. De uitdrukking is eigenlijk een samenvatting van ‘op alle markten thuis zijn’ en ‘van alle markten weergekomen zijn’