Geen golf komt hem te hoog

Hij meent, dat hij voor niemand behoeft te wijken

Geen golf gaat hem te hoog

Hij gaat geen enkele moeilijkheid uit de weg

Niet weten of men waakt of droomt

Iets zo wonderbaarlijks, onwerkelijks zien, horen of lezen, dat men het moeilijk kan geloven, aannemen

Ge moet kiezen of delen (of: kavelen)

Ge moet een beslissing nemen; ge moet kiezen tussen twee (vaak onaangename) dingen

Alles of niets

Dit is de imperatieve eis van iemand, die niet met halfheden genoegen neemt. Reeds het Lat. kende: ‘Nunc aut nunquam’, en de Franse taal kent haar: ‘Tout ou rien’

Al of niet

‘Al’ is hier een andere vorm voor ‘wel’. De keuze gaat hier dus tussen de beide tegenstellingen: wel of niet

Nu of nooit

Vertaling van Lat.: ‘Nunc aut nunquam’. Men bedoelt ermee: als het op dit ogenblik niet gebeurt, is de kans voorgoed verkeken; men moet dus nu zijn kans waarnemen

Uit zijn nek (of: nekharen) kletsen (of: lullen)

Onzin praten

Goedschiks of kwaadschiks

'Schiks', van: schikken, gelegen komen, inschikkelijk zijn. Derhalve: vrijwillig of gedwongen. Vgl. Fra.: bon gré, mal gré, en Lat.: nolens, volens: willende of niet willende

Zelden of nooit

Behoeft geen nadere verklaring

Kreupel of koning

Alles of niets

Zus of zo

‘Zus’ is eigenlijk verwant aan 'zo'. De vormen wijzen op een ouder, verder niet verklaard: 'swis' (swes). Nu betekent het woord: zodanig, op zulk een wijze. Vgl.: de een doet het zus, de ander zo, het...
Lees meer

Of je nu hoog springt of laag springt

Welke moeite men ook doet, het gebeurt niet, uit

Elk op zijn wijs, of mal of wijs

Ieder uit zich of handelt overeenkomstig zijn aard of de trap van zijn beschaving

Overwinnen of sterven

Vertaling van Lat.: ‘Aut vincere, aut mori’

Kruis of munt

Wordt gezegd wanneer men door middel van het opwerpen van een muntstuk een beslissing wil uitlokken, een zaak wil beslechten, een scheidsrechterlijke uitspraak wil doen. Bijna alle muntstukken droegen...
Lees meer

Niet weten of men verraden of verkocht is

Niet weten waar men aan toe is

Jong geleerd (of: gewend), oud gedaan (of: aangewend)

Wat je in je jeugd geleerd hebt, gaat je in je latere leven gemakkelijk af en dan heb je er voordeel van

Kop of kont

Kruis of munt

Deze of gene

Het woord ‘gene’ komt alleen in deze zegswijze voor. Het is van Mnl.: ghene, gene; Osaks.: gen; Odu.: jener; Ags.: geon (Eng.: you); Got.: jains. Men bedoelt ermee: gindse, die daar ginds. Verschillen...
Lees meer
toon meer resultaten