Komen van heinde en ver
‘Heinde’ is ontstaan uit ‘hende’ (Mnl.: gheheinde, ghehende); de e vóór de n gaat meermalen in ei over (vgl. peinzen, veinzen, deinzen e.d.). ‘Hende’ is uit een naamvalsvorm van ‘hand’ gevormd en betekent dus: bij de hand. Vgl. Bredero, Moortje