Spreekwoorden zoeken
uitgelicht
Bestel nu de Formule 1 Encyclopedie!
Spreekwoorden 'Kattekrabben zetten'
Kattekrabben zetten
Lelijk schrijvenKatterig zijn
Misselijk zijn, hoofdpijn hebben. Vermoedelijk ontleend aan: een kater hebbenEen kat een kat noemen
Precies zeggen waar het op staatVertaling van Fra.: Appeler un chat un chat, en ontleend aan de satires van Boileau, waarin voorkomen de woorden: ‘J’appelle un chat un chat et Rolet un fripon’, d.i.: ik noem een kat een kat en Rolet een schelm. Rolet was een procureur te Parijs, berucht door zijn gierigheid en oneerlijkheid. De uitdrukking wil zeggen: de dingen bij hun ware naam noemen, er geen doekjes om winden, ronduit zeggen hoe men ergens over denkt
’t Is om ’t even of men door kat of kater wordt gebeten
Verandering van bestuur, regering, enz. brengt niet altijd verbetering en daarom is het vaak beter, maar bij het oude te blijvenAllerlei kattekwaad uithalen
Katten zijn, zoals bekend, bijzonder speels en doen in hun speelsheid vaak dingen, die niet door de beugel kunnen (in de gordijnen klauteren, melk of vlees stelen e.d.). Overdrachtelijk voor: baldadige streken uithalenEen katje krijgen
Een standje krijgenDat wordt katjesspel
Dat loopt op ruzie uitHet is hetzelfde of men van de kat of van de kater wordt gebeten
Als men toch de schade moet betalen, is het niet belangrijk door wie deze is veroorzaaktHet maakt geen verschil, of je door de kat of door de kater gebeten wordt
Wanneer je toch het slachtoffer bent, doet 't er niet toe van wie of waarvanDe kat sturen
Uitdrukking om te kennen te geven, dat men vergeefs op zich wachten laat; dat men niet komt, wegblijft. Volgens Harrebommée (I, 387) zegt men dit van iemand, op wie men tevergeefs wacht, en past het in het bijzonder toe op personen die de betaling ener achterstallige rekening lang laten wachtenEen valse kat
Gezegd van een onbetrouwbaar vrouwspersooneen kater hebben
hij had een kater: hij voelde zich nadat hij te veel gedronken had de volgende dag erg beroerd en vervelend.Zich katoen houden
‘Katoen’, verbastering van Hebr.: ‘gatôn’; katoon, klein. Letterlijk: zich klein houden. Overdrachtelijk: zich stil houdenEen katterug maken
Iemand zeer onderdanig groetenIn katzwijm vallen
Flauwvallenzich katoen houden
hij was erg lastig, maar nu houdt hij zich katoen: hij haalt geen streken meer uit en houdt zich rustig.de kat de kat de bel aanbinden
als eerste met iets gevaarlijks, iets moeilijks beginnen: terwjl iedereen zijn mond hield, bond hij de kat de bel aan en vroeg of de straf verlicht kon worden.Schrijven gelijk ene kat
Slecht schrijven, hanepoten schrijvenDe kat niet aandurven
Tot een zekere zaak geen moed hebben; er zich niet aan wagenSpreekwoorden
Een spreekwoord is een korte, krachtige uitspraak die een wijsheid, een collectieve ervaring of morele opvatting weergeeft.
Een spreekwoord is onveranderlijk. Voor spreekwoorden worden dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde gebruikt. Een spreekwoord is bovendien altijd een mededeling, geen vraag. Het werkwoord (de persoonsvorm) staat in de tegenwoordige tijd (als er een persoonsvorm aanwezig is).
Meestal is een spreekwoord een algemene levenswijsheid: zo gaat het nu eenmaal in de wereld. Voorbeelden van spreekwoorden zijn: ‘Na regen komt zonneschijn’, ‘Boontje komt om zijn loontje’ en ‘Oost west, thuis best.’ bron: Onze taal
Top spreekwoorden:
1 been
2 water
3 hart
4 neus
5 geld
6 kat
7 wind
8 tijd
9 oog
10 liefde
11 eten
12 liegen
13 lopen
14 zee
15 leren
Een spreekwoord is onveranderlijk. Voor spreekwoorden worden dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde gebruikt. Een spreekwoord is bovendien altijd een mededeling, geen vraag. Het werkwoord (de persoonsvorm) staat in de tegenwoordige tijd (als er een persoonsvorm aanwezig is).
Meestal is een spreekwoord een algemene levenswijsheid: zo gaat het nu eenmaal in de wereld. Voorbeelden van spreekwoorden zijn: ‘Na regen komt zonneschijn’, ‘Boontje komt om zijn loontje’ en ‘Oost west, thuis best.’ bron: Onze taal
Top spreekwoorden:
1 been
2 water
3 hart
4 neus
5 geld
6 kat
7 wind
8 tijd
9 oog
10 liefde
11 eten
12 liegen
13 lopen
14 zee
15 leren