Hij keert zijn kar
Hij verandert van besluitTegen iemands kar rijden
Iemand kwaad makenTegen iemands kar rijden
(Z. N.) Iets zeggen of doen dat iemand mishaagtZij heeft de kar omgesmeten
Zij heeft een miskraam gehadHet brood trekt de kar
Men moet vooral brood eten, daar dit een van de belangrijkste voedingsmiddelen isHet kardinale punt
‘Kardinaal’ is van Lat.: cardo, scharnier, hengsel. Vandaar ‘kardinaal punt’ voor een punt, waar alles om draait. In de katholieke hiërarchie is de kardinaal de geestelijke met de hoogste rang, na de ...Lees meer
Aan de kar steken (of: duwen)
Iemand in zijn plannen helpen; hem steunenDe kar op de zandberg hebben
(Z. N.) Een moeilijkheid te boven zijnEen hele karavaan
‘Karavaan’, een oorspronkelijk Perz. woord (‘karwan’, koopman) ; gezelschap van Oosterse kooplieden, die in de woestijnen - voor de veiligheid gezamenlijk reizen. Overdrachtelijk spreekt men bij een g...Lees meer
Dat is een karbouw
Dat is een stommelingHet oude karrepad volgen
De oude gewoonte volgen, de sleur volgenEen karig (schamel) loon
‘Karig’ is vermoedelijk afgeleid van de stam van ons ‘erg’, dat volgens Grimm in het Odu.: arac, are, luidde, en de betekenis had van: gierig. Uit dit arac, are zou dan door letteromzetting ‘karig’ zi...Lees meer
Een karig (schamel) loon
‘Schamel’ komt van Mnl.: scamel, scame, schaamte. Derhalve: een loon waar men zich voor moet schamenHet is van zijn kar niet gedropen
Hij heeft er geen recht op, het is zijn werk nietIemand op de kar nemen (of: zetten)
Iemand voor de gek houden, de spot met hem drijvenEen lastig karwei
‘Karwei', van Mnl.: corveye, corweye, craweye; van Fra.: corvée; Mlat.: corvada, uit: corrogata, oproeping tot verplichte arbeid. Oorspronkelijk onbetaalde arbeid; later aanduiding voor arbeid in het ...Lees meer
Geen achttien-karaats zijn
‘Karaat', van Fra.: carat, It.: carato; Arab.: qirat. Vermoedelijk ontleend aan de karobenboom, die in Ethiopië ‘karaf wordt genoemd en waarvan de rode zaden in Afrika van oudsher voor het wegen van s...Lees meer