Spreekwoorden zoeken
uitgelicht
Bestel nu de Formule 1 Encyclopedie!
Spreekwoorden 'Een robuuste jongen'
Een robuuste jongen
‘Robuust’, van Lat.: robustus, van: robur, kracht (vgl. Robur de Veroveraar, van Jules Verne, alsmede de naam van de voetbalvereniging: Robur et Velocitas). Derhalve: een sterke, stevig gebouwde jongenEen toffe jongen
‘Toffe’ is Barg. voor: bijdehand, slim, bij uitbreiding ook: goed, degelijk, eerlijk, lollig. Meestal verstaat men onder ‘een toffe jongen’, iemand die gul of behulpzaam is, in elk geval iemand waar goed mee op te schieten valt. Vgl. het bekende straatliedje: En dat we toffe jongens zijn dat willen we weten(Een) gesjochten (jongen) zijn
‘Gesjochten’, van Hebr.: gesjogten, geslacht, gedood, van: ‘sjahat’, slachten; voorts: geruïneerd zijn, in desolate toestand verkeren. ‘Een gesjochten jongen’ is derhalve iemand die arm, geruïneerd, in het ongeluk geraakt isZijn kat heeft jongen
Hij heeft het zeer naar zijn zinJe bent een mooie (jongen)
Verwijtende opmerking tot iemand die een domme streek heeft uitgehaald, of die ons in een onaangename positie heeft gebrachtBlauwe duiven, blauwe jongen
Kinderen maken doorgaans dezelfde fouten die hun ouders vroeger maaktenBlauwe duiven - blauwe jongen
Zo vader - zo zoonAap, wat heb je mooie jongen
Vleierij met de bedoeling iets gedaan te krijgenEne haastige hond werpt blinde jongen
Haastige spoed is zelden goedEen jongen van Jan de Wit
Een eerste snaak; ook: iemand die de wereld gezien heeftEen beer van een jongen
Een gezonde beerWordt gezegd van een flink uit de kluiten geschoten jongen. Niet zeker is, of hier sprake is van een beer van de berenfamilie (Lat.: ursus), dan wel de beer als volwassen mannelijk zwijn
Een bengel (van een jongen)
‘Bengel’, oorspronkelijk: stok, knuppel, en vandaar overdrachtelijk: een lomperd, gemene kerel, deugniet, guitEen aap van een jongen
Een brutale, vrijpostige, onhebbelijke jongen. Soms wordt ook gesproken van: een brutale aapEen jongen van de vlakte
De ‘vlakte’ is hier de onderwereld, de wereld van de misdaad. Het beeld is niet geheel duidelijkEen haastige hond werpt blinde jongen
Men moet nooit overhaast te werk gaanWat met haast gedaan wordt, is zelden goed
Zoals de ouden zongen, piepen de jongen
Wat de ouden deden, volgen de jongeren naKinderen hebben veelal hetzelfde karakter en dezelfde eigenaardigheden als hun ouders
De kinderen volgen het voorbeeld van hun ouders
‘Piepen’ staat hier voor: pijpen, d.i.: op de pijp (fluit) blazen (vgl.: Naar iemands pijpen dansen, 1754). Vroeger sprak men ook van: zo voorgepepen, zo nagedanst. Hierdoor wordt de zegswijze iets duidelijker, omdat men eigenlijk met dat ‘piepen’ verlegen zit. De uitdrukking bedoelt uiteraard: de jongeren volgen het voorbeeld van de ouderen. Vgl. Lat.: ‘ A bove majore discit arare minor’, d.i.: van de grote os leert de kleine het ploegen
De uilen vinden zelfs hun jongen schoon
Ieder houdt het zijne (zijn werk, zijn kinderen, enz.) voor het mooiste of het beste‘Aap, wat heb je mooie jongen’ spelen
Iemand vleien en vooral niet tegenspreken om onaangenaamheden te vermijdenaap, wat heb je mooie jongen
smalende opmerking over iemands leugenachtige vleierij en lofprijzingen voor iemand die dat niet waard isSpreekwoorden
Een spreekwoord is een korte, krachtige uitspraak die een wijsheid, een collectieve ervaring of morele opvatting weergeeft.
Een spreekwoord is onveranderlijk. Voor spreekwoorden worden dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde gebruikt. Een spreekwoord is bovendien altijd een mededeling, geen vraag. Het werkwoord (de persoonsvorm) staat in de tegenwoordige tijd (als er een persoonsvorm aanwezig is).
Meestal is een spreekwoord een algemene levenswijsheid: zo gaat het nu eenmaal in de wereld. Voorbeelden van spreekwoorden zijn: ‘Na regen komt zonneschijn’, ‘Boontje komt om zijn loontje’ en ‘Oost west, thuis best.’ bron: Onze taal
Top spreekwoorden:
1 been
2 water
3 hart
4 neus
5 geld
6 kat
7 wind
8 tijd
9 oog
10 liefde
11 eten
12 liegen
13 lopen
14 zee
15 leren
Een spreekwoord is onveranderlijk. Voor spreekwoorden worden dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde gebruikt. Een spreekwoord is bovendien altijd een mededeling, geen vraag. Het werkwoord (de persoonsvorm) staat in de tegenwoordige tijd (als er een persoonsvorm aanwezig is).
Meestal is een spreekwoord een algemene levenswijsheid: zo gaat het nu eenmaal in de wereld. Voorbeelden van spreekwoorden zijn: ‘Na regen komt zonneschijn’, ‘Boontje komt om zijn loontje’ en ‘Oost west, thuis best.’ bron: Onze taal
Top spreekwoorden:
1 been
2 water
3 hart
4 neus
5 geld
6 kat
7 wind
8 tijd
9 oog
10 liefde
11 eten
12 liegen
13 lopen
14 zee
15 leren