De spot drijven met iemand, hem beetnemen, voor het lapje houden. In het Nd. Wdb. (IV, 936) wordt de volgende verklaring van deze zegswijze gegeven: De vroeger gebruikte zegswijze: ‘Iemand voor zijn gek houden’ (Eng.: to use a person for his foul) doet vermoeden dat de uitdrukking oorspronkelijk doelde op de gewoonte van vorsten, om er ‘gekken’ (narren) op na te houden, om zich er vrolijk mee te maken. De verandering van het bvw. ‘zijn’ in het lidwoord ‘de’ moest dan natuurlijk volgen. Iemand hield een ander voor zijn gek, d.i. behandelde hem als zijn nar; maar waar meer personen bijeen waren, hield men iemand voor de gek, men behandelde hem als de nar van het gezelschap, als iemand die onder de lustige gezellen de rol van nar vervulde. Zo werd ‘voor de gek houden’ de algemene uitdrukking voor het begrip, dat men met iemand de spot drijft