Bij iemand geacht en bemind zijn; men kan geen kwaad van hem zien of horen, alles wat hij doet is goed. De zegswijze is ontleend aan het paard, dat al vanouds in hoge achting werd gehouden (zie ook: Van zessen klaar), terwijl de witte voeten, als zinnebeeld der reinheid, geacht werden de luister van het dier te verhogen. Vroeger waren witvoetige paarden vrijgesteld van tolheffing. In een oud plakkaat betreffende het tolrecht van de grafelijkheid van Lesmont, wordt dan ook vermeld dat een paard met vier witte voeten tolvrij was. De uitdrukking moet aan dit oude voorrecht ontleend zijn