In de middeleeuwen betekende deze uitdrukking het tegenovergestelde van tegenwoordig. Men wilde ermee te kennen geven dat men de zaak bevorderde: een zwaar beladen wagen werd mede op gang gebracht door een spaak (paal) in het wiel te steken en zo te trachten het wiel tot draaien te brengen. In later tijd heeft de uitdrukking de tegenwoordige betekenis gekregen, vermoedelijk doordat men deze beweging niet meer toepaste en men zich een draaiend wiel voorstelde, dat tot stilstand kon worden gebracht door een spaak (bedoeld is een lange stok of handboom) tussen de spaken van het wiel te steken. Ook deze uitdrukking betekent: een zaak tegenhouden, tegenwerken, bederven