Dat sluit als een deksel op een pot
Dat kloptDat is een deksel op een azijnkan
Dat is een uitvlucht, een doekje voor het bloedenGeen pot zo scheef, of er past een deksel op
Ieder kan wel een wederhelft vindenEr is geen potje of er past een deksel op
Of: Geen pot zo scheef, of er past een deksel opEr is geen potje of er past een deksel op
Ieder kan wel een wederhelft vinden; ook: aan alles is een mouw te passenZo potje - zo dekseltje
Zoals de een is, is de ander ook. Wordt steeds in ongunstige zin gebruikt. Hetzelfde als: zo vader - zo zoon, zo moeder - zo dochter, zo heer - zo knecht e.d., die evenwel niet steeds in ongunstige zi...Lees meer